De hardloper heeft trailrunsokken en jogde over een steenachtig, heuvelachtig terrein in het bos

Trail Running

Trail Loopoefeningen

Met deze oefeningen ga je nog beter bergop en bergaf

Hou je van lopen in de natuur en geniet je van trails, maar ben je niet zo'n liefhebber van brandende dijen als je bergop gaat en van de voortdurende angst om je voeten om te zwikken tijdens het bergaf gaan? Dan geven we je vandaag tips over hoe je met gerichte krachtoefeningen jouw trailrunning-training zinvol kan aanvullen. Uiteraard is krachttraining voor hardlopers slechts een bouwsteen, maar wel een belangrijke. Met gerichte oefeningen ga je krachtiger en sneller de steile hellingen op en loop je stabieler en zekerder hard tijdens de afdaling. Bovendien zorgt krachttraining globaal voor een beter lichaamsbesef, minder blessures en snellere tijden bij het hardlopen. Zo kan je op het einde genieten van het uitzicht vanop de top en je verheugen op de afdaling! Deze krachtoefeningen zijn een perfecte aanvulling voor jouw trailrunning-training.

Het hoeft niet moeilijk te zijn. Aanvankelijk is het vooral belangrijk dat je de training om te beginnen al voltooit en dat je ze regelmatig herhaalt. Enkele oefeningen volstaan dan ook al. Met deze vier basisoefeningen tonen we je een manier om je voor te bereiden op de hoogtemeters en om je trailrunsessie naar een hoger niveau te tillen. Je kan de oefeningen in de fitness doen, maar ook met een halter in je eigen woonkamer.

Het idee erachter is dat steeds zoveel mogelijk spiergroepen worden gebruikt bij het uitvoeren van een oefening. Zo kan je met een beetje moeite al goede resultaten bereiken. De focus van de oefeningen ligt op de spiergroepen die beslissend zijn bij het bergop en bergaf gaan, namelijk de dijen, de romp en de kuiten.


Kniebuigingen

3-5 sets met 10-12 herhalingen

Kniebuigingen worden door velen beschouwd als het koningsnummer van de krachttraining. Dat komt doordat bij deze oefening heel veel spiergroepen tegelijk worden geactiveerd. Vooral de beenstrekkers, de bilspier en de onderrug moeten werken. Dat lijstje wordt aangevuld door de respectievelijke antagonisten, de beenbuigers en de buik dus. Bovendien activeer je ook je bovenrug, schoudergordel en kuitspieren door een halter op je schouders te gebruiken en een stabiele houding aan te nemen.

De juste uitvoering:

Leg een halter in je nek, op zo'n manier dat hij niet op je wervels ligt. Door je schouderbladen achteraan samen te trekken, kan je een goed 'kussen' voor de halter maken. Hij ligt uiteindelijk meer op de musculus trapezius, in de volksmond ook wel 'monnikskapspier' genoemd. Je kan jezelf hier echter ook een handje helpen met bv. een handdoek die je om de halter wikkelt voor iets meer comfort. Je voeten staan ongeveer op schouderbreedte en je tenen wijzen lichtjes naar buiten. Je knieën zijn eveneens een beetje naar buiten gedraaid. Je bovenlichaam staat rechtop en je kijkt recht voor je uit. Met je handen hou je de halter iets breder dan op schouderbreedte vast. Je onderrug maak je een beetje hol.

Buig in deze stabiele houding je knieën en ga langzaam op je hurken zitten. Als algemene regel geldt: wanneer je dijen parallel zijn met de grond, dan ben je laag genoeg. Het is belangrijk dat ook in de laagste positie je rug recht en rechtop blijft en dat je knieën en voeten lichtjes naar buiten gedraaid zijn. Het gewicht moet op elk moment over je hele voet worden verdeeld. Hou de positie kort aan en kom dan weer naar boven. Probeer om op elk moment je hele lichaam aan te spannen en je rug altijd recht te houden.

Zoals bij alles geldt ook hier: begin klein! Raak eerst voorzichtig gewend aan je trainingsgewicht. Zolang je de herhalingen en de uitvoering tot een goed einde kan brengen, is alles in orde en kan je proberen om een iets zwaarder gewicht te gebruiken. Maar doe dat steeds in kleine stapjes. Overdreven ambitie is hier misplaatst.

Over steile paden, stokken, stenen, wortels, rivierbeddingen enz: Met onze producten kunt u elke hindernis onder de knie krijgen

20% met code Save20
20% met code Save20

Deadlift

3-5 sets met 10-12 herhalingen

Als kniebuigingen het koningsnummer zijn, dan moet de deadlift het keizersnummer zijn. Er bestaat inderdaad discussie onder experts en professionals over welke oefening nu beter is of meer spiergroepen activeert. De beide oefeningen vullen elkaar in ieder geval uitstekend aan. Ook bij de deadlift activeer je zo goed als je hele lichaam. Het meeste werk wordt hier verricht door de beenbuigers, de bilspier en de onder- en bovenrug. Daarnaast zijn de kuiten, de dijen, de schouders, de nek en natuurlijk ook de buik maximaal aangespannen. Dat geldt eveneens voor de armen, aangezien het gewicht deze keer niet op de schouders rust, maar vastgehouden moet worden.

De juste uitvoering

In principe is het idee achter de deadlift heel eenvoudig: hef het gewicht op. De halter ligt op de grond. Ga ongeveer op heupbreedte vlak voor de halter staan. Je tenen zijn bijna parallel met een lichte draaiing naar buiten toe. Neem de halter ongeveer op schouderbreedte vast. Je kan kiezen voor de gemengde greep (zoals te zien op de foto), waarmee je de halter gemakkelijker kan vasthouden. Ga met je zitvlak zo ver mogelijk op je hurken zitten. Je rug blijft recht. Je hoofd ligt in het verlengde van je wervelkolom. Leg je hoofd niet te ver in je nek, zodat je wervelkolom recht is. In die positie kijk je schuin voor je op de grond.

Span je hele lichaam aan. Sta nu recht met het gewicht. Wanneer je het gewicht opheft, moeten al je spieren aangespannen zijn en inspanning leveren. Let erop dat je je hele lichaam tegelijkertijd strekt. Je benen en rug strekken zich parallel. Wanneer je rechtop staat, hou je de positie een ogenblik aan en dan zak je weer door je knieën en leg je het gewicht neer. Ook hier probeer je langzaam gewend te geraken aan het trainingsgewicht. Als je in staat bent om het aangegeven aantal herhalingen met het gewicht zuiver uit te voeren, dan kan je de volgende keer gerust een iets zwaarder gewicht nemen.

Planking

3-5 sets van 30-60 seconden

Een van de eenvoudigste, beste en misschien ook bekendste oefeningen om gericht je romp en bovenlichaam te versterken, is de plank. Ook hier prikkel je weer al je spieren, aangezien je veel spanning opbouwt in je hele lichaam.

De juste uitvoering

Leg je op een matje of een handdoek. Een groene weide is hier natuurlijk ook geschikt. Je onderarmen liggen op schouderbreedte parallel op de grond en je ellebogen bevinden zich recht onder je schouders. Je voeten staan naast elkaar en steunen op je tenen. Van je voeten tot aan je hoofd vormt je lichaam een kaarsrechte plank. Vandaar de naam 'planking'. Probeer je heup niet te laten doorhangen en je zitvlak niet te veel naar boven te tillen. En dan: simpelweg de positie aanhouden.

Variaties

Vooral bij planking bestaan tal van goede variaties. Een voorbeeld is de Spiderman-plank. Daarbij bevind je je zoals anders in de basishouding van planking en breng je afwisselend je rechtse en linkse knie naar de respectievelijke elleboog. Je romp blijft stabiel en je probeert maar een been te bewegen. Bij de Spiderman-Plank wordt sterk gefocust op de zijdelingse buikspieren.

3-5 sets met 8-12 herhalingen per kant

Uitvalspassen op de Balance Pad

3-5 sets met 6-10 herhalingen per kant

Bij deze variatie op de uitvalspas ligt de focus nog eens heel nadrukkelijk op de uitdagingen van het bergop- en bergaflopen. Vooral de beenstrekkers, de heupbuiger en de voetgewrichten worden hier aangesproken. Ter ondersteuning werkt de hele romp, om het lichaam stabiliteit te verlenen, en de bilspier. Zo ontwikkel je kracht voor de sprint bergop en stabiliteit voor de afdaling.

De juste uitvoering

Neem er een Balance Pad bij (maakt niet uit welke variant). Bij twijfel kan je hier ook een simpel kussen van schuimstof gebruiken. Met één been sta je op de Pad, met de andere parallel ernaast. Doe een brede uitvalspas naar achteren en zak naar beneden tot je knie bijna de grond aanraakt. Hou deze positie een ogenblik aan. Wanneer je weer naar voren komt, breng je vervolgens het been waarmee je de uitvalspas gedaan hebt naar boven, tot het dijbeen in een hoek van minstens 90° ten opzichte van het bovenlichaam staat.

Ook deze positie hou je kort aan. Nu ga je weer in de beginhouding staan en doe je meteen de volgende uitvalspas. Herhaal deze oefening eerst aan de ene kant en wissel na het aangegeven aantal herhalingen van been. Probeer de hele oefening lang de spanning aan te houden, zodat je zo weinig mogelijk op de Pad 'wiebelt'.

Stap voor stap naar de top

Hahner -post voor een rotswand

Voer deze oefeningen in een trainingssessie na elkaar uit. Je kan de oefeningen in de vorm van circuittraining doen, of je kan reeksen met dezelfde oefening doen. Als je de hele training twee keer per week voltooit, heb je een goede basis in de krachtraining voor trailrunners. Raak beetje bij beetje gewend aan zwaardere gewichten en je zal merken dat je snel resultaten boekt. In het begin kan het gebeuren dat je een trainingssessie nog één of twee dagen blijft voelen. Dat heet een spierkater en kan geen kwaad. Al snel zal je resultaten merken: misschien voel je je stabieler wanneer je over heg en steg hardloopt, is je houding verbeterd of hou je simpelweg langer vol.

Met deze training worden gevreesde steile hellingen jouw eigen sterke zijde. Trailrunning wordt voor jou een waar genot en je kan nog meer genieten van het grandioze uitzicht dat de top te bieden heeft.

Over steile paden, stokken, stenen, wortels, rivierbeddingen enz: Met onze producten kunt u elke hindernis onder de knie krijgen